Internet en social media zijn niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. LinkedIn, Twitter, Instagram, Facebook en de diverse nieuwssites zijn voor velen aan de orde van de dag. En dan niet alleen in ons privé-leven. Steeds meer bedrijven en overheden maken gebruik van social media.
Gezien de toegankelijkheid en het laagdrempelige karakter van social media is dit goed te begrijpen. Berichten worden snel opgepikt en gedeeld, waardoor er snel grote(re) bekendheid ontstaat. Het is echter die laagdrempeligheid en snelheid in berichtgeving die kan leiden tot een relatief onbekend fenomeen: inbreuk op auteursrechten.
De afgelopen maanden is er bij een aantal waterschappen sprake geweest van een vermeende inbreuk op auteursrechten. Specifiek het gebruik van foto’s zonder toestemming en naamsvermelding van de vermeende auteursrechthebbende. Denk aan een nieuwsbericht of twitterbericht voorzien van een foto. Uit een kort onderzoek onder de waterschappen blijkt dat de Auteurswet redelijk onbekend terrein is en men zich vaak niet bewust is van het bestaan van rechten van derden op bijvoorbeeld foto’s. Daarom hieronder een korte toelichting.
In Nederland wordt het auteursrecht al sinds begin 19e eeuw beschermd. In eerste instantie was de insteek van de wetgeving voornamelijk de bescherming van de uitgever. In de loop der tijd is dit steeds meer verschoven richting het beschermen van de maker.
Het auteursrecht is onderdeel van het rechtsgebied ‘intellectuele eigendomsrecht’, samen met bijvoorbeeld het octrooirecht en het merkenrecht. Artikel 1 van de Auteurswet (hierna: de wet) luidt: “Het auteursrecht is het uitsluitend recht van den maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of diens rechtverkrijgenden, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen, behoudens de beperkingen, bij de wet gesteld”.
De zinsnede: “een werk van letterkunde, wetenschap of kunst” wordt verderop in de wet, in artikel 10, nader uitgewerkt. Voorbeelden hiervan zijn een mondelinge voordracht, aardrijkskundige kaarten en fotografische werken.
Van belang is hierbij te realiseren dat het auteursrecht van rechtswege ontstaat, er zijn geen formaliteiten nodig om het auteursrecht te verkrijgen. Zo heeft de maker van een simpel tekeningetje op een servet automatisch het auteursrecht daarover gedurende zijn leven en zeventig jaar daarna. Het auteursrecht vervalt namelijk na verloop van zeventig jaren, te rekenen vanaf 1 januari van het jaar volgend op het sterfjaar van de maker, dan wel het jaar waarin het werk openbaar is gemaakt of tot stand is gekomen (artikel 37 en verder van de wet). Gedurende deze periode is alleen de maker, en diens rechtsopvolgers, gerechtigd deze zaken openbaar te maken en te verveelvoudigen.
Het auteursrecht is onder te verdelen in exclusieve rechten en persoonlijkheidsrechten. De exclusieve rechten zijn hiervoor genoemd, het recht op openbaarmaking en het verveelvoudigen. Deze rechten zijn overdraagbaar, via een daartoe bestemde akte 1.
Naast de exclusieve rechten zijn er persoonlijkheidsrechten. Dit betreft onder meer het recht op naamsvermelding van bijvoorbeeld een fotograaf. Een ander voorbeeld hiervan is het recht om je te verzetten tegen de aantasting van een werk, bijvoorbeeld de verandering van een ontwerp van een architect zonder dat deze daarin gekend is. Deze rechten zijn, in tegenstelling tot de exclusieve rechten, in beginsel niet overdraagbaar omdat zij persoonlijk zijn en strekken tot bescherming van de reputatie van de maker.
Als auteursrechthebbende kan je opkomen tegen een, al dan niet opzettelijke, (dreigende) inbreuk op jouw auteursrechten. Hiervan is bijvoorbeeld sprake wanneer zonder toestemming werken worden verveelvoudigd c.q. verspreid door deze werken op internet te zetten of in kopie door te geven aan anderen. De rechthebbende kan in dit geval via de rechter vragen verdere verspreiding van het werk te verbieden en / of de geleden schade te vergoeden.
Bijzonder aan procedures op het gebied van intellectueel eigendom is dat het mogelijk is een volledige kostenvergoeding te krijgen 2. De verliezende partij kan veroordeeld worden de kosten van de winnende partij, waaronder alle advocaatkosten, te vergoeden. Het behoeft waarschijnlijk geen nadere toelichting dat dit bedrag aardig kan oplopen.
Zoals hierboven geschetst ontstaat het auteursrecht automatisch en zal de gemiddelde Nederlander zich hier vaak niet direct van bewust zijn. Dit geldt twee kanten op. Ten eerste zullen we ons vaak niet bewust zijn van het bestaan en ontstaan van auteursrechten voor onszelf. Bijvoorbeeld ten aanzien van voornoemde simpele tekening op het servetje. Daarnaast zal dit zeker ook andersom gelden, auteursrechten van anderen die mogelijk worden geschonden door het gebruik daarvan. Een treffend voorbeeld hiervan is het gebruiken van een foto c.q. plaatje, via Google gevonden, ter illustratie van een werkstuk, presentatie of nieuwsbericht.
Vooral in dit laatste schuilt een gevaar. Sec het gebruik van een foto, zonder toestemming en naamsvermelding van de maker, leidt tot inbreuk op het auteursrecht. Als gebruiker handel je dan onrechtmatig en ben je schadeplichtig richting de maker. De vraag of er sprake is van kwade opzet is hierbij niet van belang 3.
1 Artikel 2 lid 3 Auteurswet
2 Artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Bovenstaand artikel was geschreven door mr. Eline van Vuurden en gepubliceerd in 'Het Waterschap - Tijdschrift voor waterschappen en waterbeheer' (nummer 9, september 2017, rubriek Waterrecht - Maestr’eau). Het artikel is met schriftelijke toestemming (d.d. 12-9-2017) van de redactie van 'Het Waterschap' overgenomen en hier gepubliceerd.
Het gehele magazine - inclusief dit artikel - is als PDF-bestand ook hier op internet te lezen
Bovenstaande, door mij gemaakte foto van de stuw was geen onderdeel van het artikel maar door mij aan deze pagina toegevoegd.
Heeft iemand uw auteursrecht geschonden? Bijvoorbeeld omdat uw werk zonder toestemming is gebruikt, omdat uw naam er niet bij vermeld staat en/of omdat het werk is aangepast. Wat moet u dan doen? Allereerst: rustig blijven. Niet meteen gaan bellen of mailen. Emoties kunnen al snel de overhand nemen, waardoor u misschien dingen gaat zeggen die onhandig zijn of waar u later spijt van krijgt.
Wat moet u wel doen? - Lees hier verder op de site van Charlotte's Law.
Er blijkt soms onduidelijkheid te bestaan over het gebruik van foto's door ontvangers van persberichten. Daarom hieronder een korte beschouwing, gebaseerd op een fictief dienstverband als ICT-specialist bij een organisatie.
Stel, als enthousiast medewerker bij de afdeling ICT van een organisatie schrijf ik voor mijn collega's af en toe een artikel of column in het personeelsblad van deze werkgever. Ook stel ik wel eens een door mij gemaakte foto beschikbaar om in dit personeelsblad te publiceren. Omdat ik mij bij deze organisatie betrokken voel, vind ik dit gewoon leuk om te doen.
Zo heb ik een poosje geleden tijdens een gezellig personeelsuitje wat foto's gemaakt van de binnenstad van Amsterdam. De mooiste foto, een aparte foto van het Rijksmuseum, heb ik samen met een verslag van het personeelsuitje beschikbaar gesteld aan de redactie van het personeelsblad, die het verslag met de foto pubiceerde in het personeelsblad.
Na de zomervakantie bood ik de redactie van het personeelsblad een fotocolumn aan van mijn vakantie naar Noorwegen. De bijbehorende foto betrof een snelstromende bergbeek (zie foto boven).
Tot slot stelde ik de redactie een foto van het kantoor van de organisatie ter beschikking. Ik had de foto tijdens mijn lunchpauze gemaakt, terwijl de zon opvallende schaduwen op de gevel van het kantoor wierp.
In alle gevallen werden mijn foto's in het personeelsblad geplaatst, waarbij mijn naam als fotograaf er vanzelfsprekend bij vermeld werd. Op grond van de Auteurswet ben en blijf ik de auteursrechthebbende op de door mij gemaakte foto's, ongeacht of ik ze voor publicatiedoeleinden beschikbaar heb gesteld aan de organisatie waarvoor ik ook werkzaam ben.
Stel nu, dat deze organisatie één van deze foto's – met mijn toestemming en onder voorwaarde van mijn naamsvermelding – met een persbericht zou meesturen naar allerhande persbureaus, bedrijven en andere organisaties, waarbij de foto direct betrekking had op de inhoud van het persbericht. Zouden deze organisaties deze foto dan vrij mogen gebruiken? Nee, natuurlijk niet. Alleen in combinatie met de inhoud van het persbericht.
Het zou immers te gek voor woorden zijn dat de ontvangers van het persbericht de meegestuurde foto kosteloos voor onbeperkte duur en op elke willekeurige wijze zouden mogen gebruiken op bijvoorbeeld (commerciële) websites, in vakbladen, in reisgidsen, in boeken en in grote advertenties op billboards in bushokjes! Evenmin mogen de ontvangers de bij het persbericht ontvangen foto gratis verspreiden, verkopen of opnemen in een eigen beeldbank.
Ik ben en blijf eigenaar en auteursrechthebbende van de foto. Voor elk ander gebruik van de foto dan waarvoor deze met het persbericht is meegestuurd, behoort de ontvanger mij om toestemming te vragen. Hij kan dan – gratis of tegen een vergoeding – toestemming (licentie) krijgen om de foto te gebruiken. Aan deze toestemming kunnen beperkingen worden gesteld, zoals de duur, het formaat of het medium waarin de foto wordt gebruikt.
Wanneer ik de foto's niet in het kader van mijn functie (bijvoorbeeld als bedrijfsfotograaf) bij mijn werkgever heb gemaakt, dan ben en blijf ik de eigenaar en auteursrechthebbende of de foto, ook wanneer ik de foto aan de organisatie beschikbaar stel voor gebruik in bijvoorbeeld een personeelsblad, op de website of in een powerpointpresentatie. Het is dus niet zo dat de organisatie hiermee dan plotseling eigenaar en auteursrechtrechthebbende wordt.
Overigens behoort ook in het persbericht altijd mijn naam als fotograaf bij de foto te worden vermeld en behoren de ontvangers van het persbericht eveneens mijn naam te vermelden wanneer de meegezonden foto wordt toegepast de publicatie van het bijbehorende artikel.
Wilt u eens controleren of één of meer van uw foto's op internet zijn geplaatst, dan is dat heel eenvoudig. Google Images biedt hiervoor een handig stuk gereedschap.
Het komt regelmatig voor dat bij zoekopdrachten niet alle foto's worden gevonden, die op internet zijn geplaatst. Dit kan te maken hebben met de zoekmethoden van Google. Probeer het daarom later nog eens.
In een tijd waarin het voor professionele fotografen steeds moeilijker wordt om het hoofd boven water te houden schiet zoekmachine Google Afbeeldingen hen te hulp. Op internet gepubliceerde foto's zonder toestemming en zonder naamsvermelding kunnen nu eenvoudig worden gevonden. De fotograaf kan vervolgens de onderneming of de (overheids)organisatie aansprakelijk stellen en succesvol een schadevergoeding vorderen.
Tot voor kort kwam ik als fotograaf slechts sporadisch en bij toeval een door mij gemaakte foto tegen op een website van een bedrijf, een (overheids)organisatie of een blog, zonder dat ik toestemming had gegeven voor het gebruik van deze foto op die site. Dankzij Google Afbeeldingen vind ik nu zeer regelmatig mijn foto's, die in strijd met het Auteursrecht zijn gepubliceerd.
Vaak blijken deze foto's te zijn gekopieerd van een website van een ondernemer of organisatie aan wie ik de foto had geleverd voor gebruik op hun website. Daarbij moet bij rechtmatige publicaties standaard mijn naam als fotograaf bij de foto worden vermeld. Publicatie zonder mijn naamsvermelding is overigens ook mogelijk, maar dan tegen een toeslag van 100% op de licentievergoeding.
Naamsvermelding is voor fotografen erg belangrijk. Het vormt immers het visitekaartje van de fotograaf. Daarnaast biedt de naamsvermelding andere belangstellenden voor de foto de mogelijkheid de fotograaf te benaderen om ook toestemming te vragen voor het gebruik van de foto.
Nu gebeurt het nog al te vaak dat men voor een mooie foto voor op de website even op Google rondzoekt en de gewenste foto simpelweg kopieert en op de eigen website plakt. Vaak onder het mom: alles op internet is toch gratis? Het vermelden van de naam van de fotograaf wordt dan meestal ook achterwege gelaten.
Nog te weinig mensen lijken te beseffen dat op vrijwel elke foto op internet auteursrechten rusten. Meestal is de fotograaf de auteursrechthebbende, soms heeft hij het auteursrecht in de vorm van een licenteie geheel of gedeeltelijk overgedragen aan een ander. Wettelijk is vastgelegd dat in alle gevallen de naam van de fotograaf bij de foto moet worden vermeld. Dit is een zogenaamd 'persoonlijkheidsrecht' van de fotograaf, dat hij niet kán overdragen. Hij kan hooguit afstand doen van het recht op naamsvermelding.
Dit persoonlijkheidsrecht geldt ook voor medewerkers in loondienst. Dit blijkt uit het vonnis van de Rechtbank van Amsterdam van 13 juli 2011 (zaaknummer 478848 / HA ZA 10-4087) in een zaak tussen een beroepsfotograaf en de Vrije Universiteit van Amsterdam (VU). De beroepsfotograaf was achtereenvolgens als uitzendkracht en met een tijdelijk contract in dienst van de VU. Aansluitend werkte de fotograaf enige tijd als freelancer voor de VU. Gelet op de aard van het recht op naamsvermelding, een persoonlijkheidsrecht, komt volgens de rechter dit recht op naamsvermelding toe aan de fysieke maker en niet aan een werkgever.
Nu fotografen steeds beter in staat zijn om illegaal gepubliceerde foto's op internet te vinden moeten bedrijven, (overheids)organisaties en zelfstandige ondernemers steeds meer beducht zijn op - vaak hoge - schadeclaims van fotografen wanneer men van internet geplukte foto's op de eigen site heeft gezet. Aan de andere kant biedt het de beroepsfotografen een mogelijkheid om de hen toekomende vergoedingen voor het onrechtmatig gebruik van hun foto's op internet te incasseren.
Overigens wordt de uiteindelijke hoogte van een schadeclaims veelal ook bepaald aan de kosten van een advocaat en de proceskosten bij een rechtszaak.